Adviesbureau Theo van Dam

Advies vanuit cliënt perspectief

Home - Diensten - Training - Blok 2

Training blok 2

        Theorieën, visies op verslavingsproblemen, visies op behandeling
        Omgeving/setting
        Benaderingen
        Aanbod verslavingszorg
        Hoe oordeelt de verslavingszorg over zichzelf?


Theorieën, visies op verslavingsproblemen, visies op behandeling

Analyse: drug, set en setting (Zinberg, 1984)

- het middel (farmacologie, aspecten als gewenning, verslaving,        controleverlies)

- de gebruiker (persoonsgebonden aspecten)

- zijn/haar omgeving op micro, meso en macro niveau

Omgeving/setting:

* micro: de onmiddellijke omgeving van de gebruiker (familie, gezin, maar ook drugscene).

* meso : lokale omstandigheden (lokale drughandel), lokaal en landelijk drugbeleid, aanwezigheid hulpverlening, wetgeving, sociale herkomst (klasse, relatie klasse en specifiek middelengebruik)

* macro: internationale afspraken, economie van de drughandel, armoede versus welvaart

Onderlinge relatie drug, set en setting bij individuele problemen van gebruikers

-          waarom gebruiken jonge Antillianen vooral gekookte cocaïne

-          zelfmedicatie: druggebruik bij psychische problemen

-          cultuurhistorische invloeden op druggebruik

-          invloed drughandel op druggebruik

Benaderingen:

-          somatisch-medisch model (drug en in mindere mate gebruiker)

-          psychiatrisch-medisch model (gebruiker en in mindere mate drug)

-          sociale benadering (veel meer nadruk op setting)

-          het tekortschietende bio-psycho-sociale model

Aanbod verslavingszorg (voorbeelden)

-          outreachende hulpverlening (straathoekwerk)

-          opvang en zorg (huiskamer, dag- + nachtopvang, maatschappelijke opvang, inloop)

-          crisishulpverlening (24-uursdienst dak- en thuislozen, opname, interventie)

-          begeleiding (ambulant, reclassering)

-          medische interventies (vervangende middelen zoals methadon)

-          introductie (voorbereiding op behandeling)

-          behandeling (ambulant, deeltijd, klinisch [opnameafdelingen, behandelafdelingen, resocialisatie = halfweg afdelingen])

-          nazorg (ambulant)

-          maatschappelijk herstel (wonen, werken, scholing, financiën)

-          consultatie (ook voor omgeving verslaafde)

-          coördinatie (case-management, trajectbegeleiding)

-          deskundigheidsbevordering

-          preventie

-          voorlichting, informatie, advies

-          beleidsadvisering

 

Onderscheid tussen hulpaanbod gericht op behandeling/abstinentie (aanstaande ex-verslaafden) en hulpaanbod gericht op actuele druggebruikers (‘sociale’ verslavingszorg).

Onderscheid tussen ‘cure’ (behandeling) en ‘care’ (zorg) komt vaak overeen met verschil tussen hoogdrempelige en laagdrempelige programma’s.

 

Hoe oordeelt de verslavingszorg over zichzelf?

-          30 jaar vergeefs streven naar professionalisering

-          ‘Resultaten scoren’